Het talent > Rembrandt Siebenga

Op jonge leeftijd beginnen, de hele jeugdopleiding doorlopen, het eerste halen en vervolgens samen met je vrienden landskampioen worden. Veel kinderen dromen ervan om dit in hun sport te bereiken. Rugbytalent Rembrandt Siebenga is hard op weg om die droom waar te maken. De jeugdinternational is net begonnen aan zijn tweede seizoen in de selectie van RFC Haarlem.

 

Vaak beginnen kinderen met een sport omdat hun ouders of oudere broer/zus die sport ook doen. In het geval van Rembrandt was het juist zijn vier jaar jongere broertje die hem voorging. Rembrandt deed zelf namelijk aan voetbal en atletiek, maar had daar niet veel plezier in. Daarbij ging het voetballen hem als ‘lange slungel’ niet heel goed af, terwijl hij in het rugbyen wel zijn ei kwijt kon. De destijds 9-jarige Rembrandt sloot zich aan bij RFC Haarlem. Wat hij zich nu nog herinnert, is, zo zegt hij: “dat er plek was voor vrijwel iedereen. Dat sprak me wel aan. Je kon gewoon aansluiten, het was leuk om te doen en het was erg gezellig.” Bovendien was hij snel, misschien mede door de atletiektrainingen, waarmee hij een ideale wing-speler bleek om op snelheid lange stukken aan de zijkant van het veld te lopen.

Het harde, vieze werk

Inmiddels is de geboren en getogen Haarlemmer 18 jaar en woont hij in Delft in verband met zijn studie Bouwkunde. Maar hij bleef RFC Haarlem trouw. Hij doorliep er alle jeugdteams en mocht vorig jaar aansluiten bij Heren 1, dat het seizoen daarvoor als debutant op het hoogste niveau verrassend beslag had gelegd op de tweede plaats. Rembrandt: “In de loop der jaren ben ik groter en sterker geworden en verhuisd van de vleugel naar de tweede rij. Sowieso leer je in de jeugd op verschillende posities spelen, waardoor je ook verschillende vaardigheden opdoet die je eigenlijk altijd wel kunt gebruiken. In de tweede rij doe je eigenlijk vooral het ‘harde, vieze werk’ door veel te tackelen en hard in te lopen zodat de meer technische spelers kunnen scoren. En bij de line-out, dus als de bal vanaf de zijkant wordt ingegooid, ben ik de speler die wordt opgetild om de bal te veroveren.”

 

Hoewel kracht en techniek belangrijk zijn, vindt Rembrandt rugby vooral een tactische sport, waarin communicatie en een goede taakverdeling van belang zijn. Rembrandt: “De spelverdelers sturen het team aan en bepalen bijvoorbeeld waar we gaan aanvallen en met hoeveel mensen. De rest luistert daarnaar. Voor mij is het vooral een sport waar ik mijn energie goed in kwijt kan en ik vind het leuk om samen te spelen, het is een echte teamsport. Als er iemand scoort, ziet iedereen dat ook echt als een teamprestatie.”

 

Mooie lichting

Dat Rembrandt bij de betere (jeugd)spelers van Nederland hoort, drong eigenlijk pas tot hem door toen hij twee jaar geleden werd geselecteerd voor Oranje onder 18 jaar. “Ik volgde altijd al wel extra trainingen en vond het leuk om veel tijd en energie in mijn sport te stoppen, nu nam ik het nog wat serieuzer. Vooral buiten het rugbyen zelf om, bijvoorbeeld door naar de sportschool te gaan en meer aandacht voor mijn voeding. Inmiddels zit ik bij Oranje onder 20 jaar, waarmee we in november naar het EK in Praag gaan. Vorig jaar werd Nederland daar tweede na Spanje. We hebben vind ik nu best een mooie lichting, dus hopelijk kunnen we dit jaar winnen en promoveren naar de Trophy-poule.”

 

Naast Rembrandt maken teamgenoten Joris en Jackson eveneens onderdeel uit van de selectie van Oranje onder 20. Met hen speelt hij al jaren samen. Ook in het eerste van RFC Haarlem zitten veel jongens waarmee Rembrandt al vanaf het begin samenspeelt. “Heel cool dat je elkaar al zo lang kent en nu samen voor het eerste uitkomt”. En wat Rembrandt betreft is daarmee het verhaal nog niet ten einde. Net als zijn maten blijft hij trainen om zichzelf te verbeteren en wellicht het ‘grote’ Oranje te halen, iets dat in verband met het fysieke aspect van de sport meestal op wat latere leeftijd gebeurt. Wat hij verder in zijn sport hoopt te bereiken? “In mijn eigen stad kampioen worden van de ereklasse!”.

bekijk de hele agenda